Ga naar hoofdinhoud

Verder met een nieuw btw-forfait voor privégebruik auto?

De Hoge Raad heeft op 21 april 2017 in een viertal proefprocedures uitsluitsel gegeven over de rechtsgeldigheid van de ‘btw-bijtelling’ voor het privégebruik van een auto van de zaak. Die btw-bijtelling wordt vaak gesteld op 2,7% van de cataloguswaarde van de auto. De Hoge Raad besliste dat ondernemers aannemelijk mogen maken dat dit forfait te weinig rekening houdt met de mate waarin de auto voor privédoeleinden wordt gebruikt.

Deze beslissing betekent een grote uitdaging voor de Belastingdienst. Aan de uitkomst van de vier door Flynth gevoerde proefprocedures zijn namelijk circa 2 miljoen bezwaarschriften van ondernemers gekoppeld. Per geval zal moeten worden beoordeeld of het forfait van 2,7% een redelijke schatting is van de btw-heffing over het privégebruik van de auto. De Belastingdienst moet die klus formeel klaren in een tijdsbestek van maar zes weken. Die termijn is een gevolg van het feit dat de staatssecretaris die 2 miljoen bezwaarschriften als massaal bezwaar heeft aangewezen (zie onze eerdere berichten van 14 en 4 april 2017). De Belastingdienst heeft daar ongeveer 3 miljoen mensuren voor nodig, maar beschikt niet over voldoende menskracht om die klus ook daadwerkelijk binnen zes weken te klaren.

Flynth heeft het ministerie van Financiën en de Belastingdienst daarom voorgesteld om de einddatum van die zes weken-termijn op te schuiven. De Hoge Raad staat namelijk toe dat u als ondernemer aannemelijk maakt dat het 2,7%-forfait in uw geval te hoog is. Met toestemming van de Hoge Raad mag Gerechtshof Den Bosch zich buigen over de vraag hoe dit tegenbewijs kan worden geleverd zonder dat u een kilometeradministratie aanlevert. Er is dus nog geen einde gekomen aan de proefprocedures die Flynth mede namens een groot aantal andere adviesorganisaties heeft gevoerd. Pas als dat het geval is, begint de zes weken-termijn naar onze mening te lopen.

Ook heeft Flynth het ministerie van Financiën verzocht om te overleggen over een praktische regeling voor de afwikkeling van de 2 miljoen bezwaarschriften. Het is namelijk nooit de bedoeling geweest om van de bezwaarschriften een omvangrijk werkverschaffingsproject te maken voor de overheid en advies- en accountantsorganisaties. In tegendeel. De uitvoering van de regeling zou al binnenkort moeten starten, vooruitlopend op de uitspraak van Gerechtshof Den Bosch. Andere organisaties die bij de proefprocedures waren betrokken, steunen het verzoek om overleg.

Die praktische regeling zou wat Flynth betreft kunnen bestaan uit een nieuw, maar variabel forfait. Afhankelijk van de omstandigheden van de individuele onderneming, wordt gedacht aan een forfait variërend van circa 0,85% tot in de praktijk ongeveer 2,7% van de cataloguswaarde.

Daarnaast zou een alternatieve berekening mogelijk moeten zijn, namelijk het betalen van btw over de daadwerkelijke autokosten die zijn toe te rekenen aan het privégebruik. Dit alternatief geeft in principe een nog zuiverder beeld van de voorgeschreven btw-heffing en zou dus meer recht doen aan de Europese regelgeving, maar vergt wel wat meer rekenwerk. Om die reden verwachten wij dat alleen ondernemers met een uitgebreider wagenpark interesse hebben voor dit alternatief.

Of er een praktische regeling komt, is nog afwachten. Flynth heeft – net zoals andere organisaties die bij de proefprocedures waren betrokken – aangedrongen op een overleg met het ministerie van Financiën en de Belastingdienst. Het is nog niet duidelijk wanneer dit overleg zal plaatsvinden. Wij houden u op de hoogte van de verdere ontwikkelingen.

Tot slot merken wij op dat het niet geheel onlogisch lijkt om de twee hiervoor geschetste mogelijkheden in de toekomst te blijven gebruiken als praktische invulling van de noodzakelijke btw-heffing over het privégebruik van een auto van de zaak. De tijd zal leren of er een nieuw forfait komt.

Bron: www.flynth.nl

Back To Top