Sinds begin dit jaar handhaaft de Belastingdienst weer op schijnzelfstandigheid. Opdrachtgevers kunnen daardoor te maken krijgen met naheffing van loonheffingen in het geval een zelfstandige wordt aangemerkt als werknemer. Er geldt wel een zogenoemde ‘zachte landing’, waarin de Belastingdienst in beginsel start met een bedrijfsbezoek. De Belastingdienst gaat daarbij eerst in gesprek met de opdrachtgever over de inhuur van zzp’ers. Tijdens dit gesprek wordt de opdrachtgever er zo nodig op gewezen aandacht te hebben voor de kwalificatie van de arbeidsrelaties en mogelijke risico’s van schijnzelfstandigheid. De Belastingdienst kan er dan voor kiezen om nog geen boekenonderzoek te starten, waardoor de opdrachtgever dus als het ware eerst wordt gewaarschuwd. Daarnaast worden aan opdrachtgevers en zelfstandigen nog geen verzuim- of vergrijpboetes opgelegd.
Geen verlenging overgangsperiode?
Hoewel de Tweede Kamer daar wel op aandrong, heeft het demissionaire kabinet toch besloten om de overgangsperiode niet te verlengen naar 2026. Verzuim- en vergrijpboetes worden dan dus weer mogelijk. Bij opzet bedraagt de vergrijpboete normaal gesproken 50% van de opzettelijk niet aangegeven loonheffing. Bij grove schuld is dat 25%.
Nu de samenstelling van de Tweede Kamer na de verkiezingen is gewijzigd, is de kans aanwezig dat deze beslissing nog wordt teruggedraaid. Daarover zal een nieuw kabinet moeten beslissen. Dat nieuwe kabinet zal er echter waarschijnlijk niet voor de jaarwisseling zijn.
Tip
Goedgekeurde lopende modelovereenkomsten worden nog geëerbiedigd tot eind 2029. Dit betekent dat opdrachtgevers nog tot 2030 gevrijwaard zijn van naheffing van loonheffingen als ze daadwerkelijk werken volgens de modelovereenkomst.